Dubbeltje op zijn kant in Hollands Kroon, waar belastingen omhoog gaan.

’Wij denken dat de verhoging voor burgers goed te behappen is’

3 november 2023

Wat te doen met een tekort van zes miljoen? Dat was de vraag donderdagavond in de gemeenteraad van Hollands Kroon, waar de financiën voor de komende jaren werden besproken. Centraal stond het gedoodverfde ’ravijnjaar’ 2026.

Er ontstond met name discussie over de verhoging van de belasting op onroerend goed, ook wel bekend als ozb. Het college heeft zich voorgenomen deze per 1 januari met vijf procent te verhogen. Het gevolg voor de burgers is dat zij iets meer afdragen aan de gemeente dan dit jaar (33 euro bij een huis van een waarde van vier ton of meer), terwijl door het college van meet af aan wordt benadrukt dat de belastingdruk vrij laag is in Hollands Kroon. „We zijn een soort AZ”, had wethouder Maarten Versluis van financiën daar bij een vorige gelegenheid over gezegd. „Al jaren in het linkerrijtje (met de gemeente met de minste belastingdruk op nummer één.).”

Voor het huishoudboekje van de gemeente betekent de verhoging een inkomstenbron van zo’n zes ton op jaarbasis. En dat is broodnodig, zegt het college, waarbij wordt vooruitgeblikt naar de zogenoemde ’ravijnjaren’ vanaf 2026. Zoals het er nu naar uitziet zullen alle gemeenten in den lande vanaf dat jaar uit moeten gaan van een lagere bijdrage vanuit het Rijk.

Op het gemeentehuis kan men zich zodoende opmaken voor een tekort van ruim zes miljoen in 2026 en een tekort van 5,3 miljoen het jaar erop. Daartegenover staat een algemene reserve van 33 miljoen op dit moment tot 45 miljoen in 2026. Met zoveel vet op de botten is Hollands Kroon ’kerngezond’, ziet Judith de Git van D66. Het raadslid bood context met een metafoor van energielabels door te stellen dat C een vereiste is en dat de gemeente op het moment A+++ is.

Vieren

De reserve is zelfs zo fors dat meerdere partijen, met name de VVD, zich afvroegen of de gemeente de teugels financieel gezien niet iets zou kunnen laten vieren. Vooral omdat burgers, toch al gekweld door prijsstijgingen, daarmee ontzien kunnen worden.

Versluis: „Wij denken dat vijf procent verhoging het optimum is: voor burgers goed te behappen terwijl wij hier de ravijnjaren mee hopen te kunnen dempen.”

Rick Boersen van de VVD verwees naar het advies van de Vereniging van Nederlandse Gemeenten om dat laatste vooral niet te doen en vroeg zich af of de gemeente het geld niet voor andere zaken gaat gebruiken. Ook stelde de politicus dat er verkiezingen aankomen, dus waarom niet een jaartje wachten met maatregelen?

Voor het college blijkt die onzekerheid juist hét argument om als gemeente op zoek te gaan naar meer structurele inkomsten. Versluis: „En ik zeg hierbij toe dat het geld alleen gebruikt wordt voor de ravijnjaren.”

Met vijf stemmen tegen en twintig voor zijn de begroting en de verhoging van de belasting op vastgoed aangenomen.

Hoewel de begroting vóór half november naar het provinciehuis in Haarlem opgestuurd moet worden, buigt het college zich nog over een breed gedeelde vraag omtrent startersleningen. In de komende jaren worden veel woningen opgeleverd in onder andere Anna Paulowna, Winkel en ’t Veld en daarmee ligt de weg open om meer starters op pad te helpen op de woningmarkt.

Belastingdruk

De verhoging die het college in gedachten heeft voor de belasting op onroerend goed overtreft de inflatiecorrectie. Voor burgers in het bezit van een huis met een waarde van vier ton of meer (gemiddelde verkoopprijs van bestaande woningen) betekent het in 2024 een extra kostenpost van 33 euro ten opzichte van dit jaar.

Bron: https://www.noordhollandsdagblad.nl/cnt/dmf20231102_84584995